Ill
meermalen gedrenkt; zij staan bijna altijd gezadeld en op
getoomd in de open lucht of onder gangen zoo kan men
deze arme dieren te Bcyruth bij duizenden zien.
De Turksche ruiters berijden ook zulke kleine paarden en
deze krijgen dagelijks 2 maten gerst, en 's morgens een
weinig stroo, hooi bijna niet; in de lente gaan de paarden
echter 4 weken in de weide, vooral die welke door de hitte
geleden hebben.
Op den rug ligt eerst een dikke groote vilten deken,
die gewoonlijk tot over het kruis reikt en met den singel vast
gemaakt wordt; hierover komt het zware Arabische zadcJ
met de groote beugels wier scherpe inwendige kanten de
sporen vervangen achter hel zadel liggen de mantelzak
ken. Zij zijn getoomd met de scherpe ooslersche stang,
die bijna niet op het gebit drukt; eene ligte aanhaling
echter verwekt reeds hel smartelijkste gevoel; de paarden
zijn daarom in voorldurigc vrees voor het gebit en ioopen
steeds goed aan den teugel. Van afriglen is geen sprake
zij gaan een hinken pas en galopdraven kunnen slechts
weinige.
Van het kamp der artillerie reden wij naar de stad te
rug, naar het artillerie-depót, waar 2 batterijen veld- en 2
batterijen berggeschulgetrokken vuurmonden, met hunne
munitiewagens stonden; op de as bevonden zich tusschen
rad- en affuitwand kleine kasten in ieder van welke 2
schoten zijn. De vuurmonden waren nieuw; de voor- en
achterraderen van dezelfde grootte; anders viel mij niets
bijzonders in liet oog.
Nu hadden wij alles gezien; ik zcide mijn vriendelijken
geleider vaarwelverzocht hem mij den generaal aan te
bevelen en dankte nogmaals voor alle betoonde beleefdheid.
Het zal welligt niet onaardig zijnwanneer wij nog in
kort mededeelen hetgeen de berigtgevcr meldt omtrent het
laden der veldbatterijen op de kanieelen.