11
minder ellipsvormige en soms zelfs ongeregelde loopbanen
die haar noodzaken van de eene groep naar de andere te
trekken.
Olbebs dacht dat de teleskopische planeten eenvoudig de
overblijfselen waren van een vroegere planeetdie in stukken
was gebarsten. Arago is ook van dit gevoelen dat een
krachtige bevestiging verkreeg door het vreemde gevaldat
Munro verhaalt en dat omstreeks achttien honderd en een en
dertig jaar vóór de Christelijke tijdrekening schijnt "voorge
vallen te zijn. Men zag dat de planeet Venus haar middel
lijn, haar kleur, haar vorm en haar loop veranderde." De
verdubbeling, of verdeeling van verschillende kometen is een
waargenomen en uitgemaakt verschijnsel; maar de tref
fendste omstandigheid is de ontdekkingdie op denzelfden
dag van achttien honderd acht en veertig in Europa en Ame
rika gedaan werd, van een nieuwen wachter hij Saturnus.
Volgens de meening van Boutigny werd deze nieuwe
wachter onmiddelijk na zijne geboorte, of uitwerping, ont
dekt; dat wil zeggen dat Saturnus nog steeds door trillende
bewegingen bewogen wordt, waarbij de middelpuntschuwende
kracht de voornaamste is. Het is bijna niet mogelijk te ver
onderstellen dat Saturnus, die steeds naauwkeurig bewaakt
wordt, sedert de ontdekking van den voorlaatslcn wachter
in staat zou zijn geweest, om voor zoo veel turende oogen
het nieuw ontdekte kindje te verbergendat zich door zijn
beslaan zoo onlangs heeft onderscheiden.
In 't kort planeten hemelverschijnselen en alle sterre-
beelden zijn de onmiddelijke uitvloeisels der zon zooals de
wachters de uitvloeisels zijn van de planeten waartoe zij be
lmoren. Bij gevolg, moet de stof waaruil ons stelsel is /a-
mengesteld natuurlijk van den/elfden aard zijn. Goud op Venus
moet overeenkomen met goud op Jupiter. Het ijs op de aarde
moet hetzelfde zijn als het ijs op Saturnus.
Maar, indien al de ligchamen van ons planetenstelsel het
uitvloeisel van de zon zijn waar komt de zon dan zelve van