30 Tobias kon een victorickreet niet onderdrukken. Naauvvelijks stond de omnibus stil, of een luchtsprong, die een koord danser fortuin zou hebben doen maken, deed hem vrij ge voelig op de slraatsteenen nederdalen. Zijne gade, die juist het gevaarte uit zou stappen, gaf met een gil van ver twijfeling hare ongunstige opinie omtrent 's mans gymna stische bekwaamheden te kennen, doch toen hij veilig op zijne magere boenen stond te balanceren trippelde zij tamelijk lustig uit den wagenwaarop zij zich naast haren echtge noot schaarde. Deze was blakend van inwendige opgewon denheid. Hel grootsche gebouw deed zich zoo indrukwekkend aan hem voor, dat hij geen tijd wilde laten verloren gaan, en met zijne Dooa op sleeptouw, regelregt op den hoofdingang aanrende. Zij traden brandend van ongeduld binnendoch dat ongeduld scheen tol de gloeihitte te moeten komen want vooralsnog zagen zij niets, liet was zoo vol dal zij bepaald bres moesten maken, om iets verder te komen, van zien was dus nog geene queslie. Na langzeer lang zich te hebben laten heen en weder slingerenbesloot hij zijne Hercules-krachten wat te gebruiken; hij zette zijne vuisten op zijn heupgebeente en begon toen met zijne pun tige ellebogen de hinderpalen uit den weg te ruimen en dezen of genen gentlemandie hem den weg versperde, te doen terugtrekken. Dit scheen te helpen; maar toen hij een lijvig heer aanviel draaide deze zich op zijne hakken om en gaf hem door eenc kwispeling met zijne ontzagwekkende vuisten eene uitnoodiging tol een geacharneerd duel. Neef vond het zeer ongepast zich hiermede in te laten; hij besloot dus het terrein aan dien boxlicfhebber te laten maar terug kon hij nog minder dan vooruil. Hij begon dus, trots den boxerweder iedereen op zij te duwen, ten einde maar voort te komen, doch werd in zijne actie gestuit door een band, die met kra'cht op zijn hoed neerviel. Deze was zoo wellevend om plaats te maken en gleed den sukkel koesterend over neus en ooren heen. Nu zag hij nog minder dan straks. Op dit

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1863 | | pagina 90