49
menschel ij kslen kant beschouwd, een gruwelijk ongeluk is,
voornamelijk als de oorlog langzaam voortgaat en de ge
vangene niet spoedig uitgewisseld of ziek naar huis gezon
den wordt. Ook is niet alleen de toestand van een gevangene
te zijn (vernederend woord zelfs onder verzachting van
zijn eerewoord gegeven te hebben en van geld voorzien te
worden, zulk een nietig ongeluk op zichzelf, als sommi
gen zich verbeelden. Het is een erg ding, le gevoelen,
dal uw persoonlijke vrijheid beperkt is, dat gij moet leven
binnen zekere bepaalde grenzen, en geheel ten dienste moet
staan van misschien onbeschofte minderen, op wier bevel
gij in één oogenblik naar een afgelegen plaats kunt worden
vervoerd, of die u, voor iedere daad van zorgeloosheid of
ieder onbedacht woord van uwe zijdekunnen noodzaken
om het ellendige lot van gemeene krijgsgevangenen te deelen.
Lezer! wij smeeken om uwe deelneming en hulp, ten be
hoeve van eiken armen krijgsgevangene, om het even welke
landsman hij zij
4