93
het zelf wellezerhad een klein geel boekje op zijn schoot
liggen en lag zelf in den zaligsten dut verzonken
dien men zich kan voorstellen.
Misschien kwam het wel door het strakke turen dat ik
den geheelen avond gedaan had, misschien werkte dat beeld
bedwelmend op mij, maar, ik weet nog niet hoe hel kwam
eene duizeling greep mij aande reeds vermoeide oogleden
zonken al lager en lager, het hoofd volgde in dezelfde
rigtingen, toen ik op het punt was eveneens in te soezen,
en van mijn bankje te vallen werd ik plotseling met een
schrik en koud als een kikkert op mijn kamer wakker.
Weet ge wat ik deed? Ik trok naar mijn mandje, waar
ik spoedig sliep zoo gerust en lekker als ik wensch dat
gij geslapen moogt hebben toen ik u met dat klein geel
boekje op uw school, zag zitten.
Breda 12 Nov. 18G3.