KADETTENZA.NG.
Wien Necrlands bloed door d'adren vloeit
Van vreemde smetten vrij
Wiens hart voor land en koning gloeit,
Verheff' den stem als wij,
Lang leve ons corps in eer en deugd
Door vriendschap onderschraagd
Doen wij steeds met de grootste vreugd
Wat Willem van ons vraagt.
De roeping, die ons wacht, is schoon:
Van 't dierbaar Vaderland
Te wreken 't onregl en den hoon
Is 't heil van onzen stand
Als wij eenmaal als officier
Met onverschrokken borst,
Ten strijd gaan onder het banier,
Van Willem, onzen vorst.
Degeen, die eerlijk en getrouw,
Oranje volgen kon
Hij werkte mede aan 't gebouw
Dat 't voorgeslacht begon
Van onzen goeden Willem Twee
De held van Waterloo
En van zijn braven zoon almeé
Elk onzer werk' eens zoo 1