I heid naar een verwijderd oorlogstooneel overgebragt kunnen wordenom daar op het slagveld eene alles vernielende kracht te ontwikkelenof wel in weinige uren de veilig gewaande schuilplaats van den vijand in de asch te leggen en de logge, onhandelbare belegeringswerktuigen der ouden, dan komt men tot de overtuiging, dat die werktuigen eigen lijk niets gemeen hebben met de artillerie, zooals wij gewoon zijn ons haar lieden ten dage voor te stellenen dat die benaming alzoo eerst mag gebezigd worden na het tijdstip waarop het eerste vuurgeschut gebruikt is geworden. Wanneer het buskruid uitgevonden, en hoeveel tijd erna die uitvinding nog vcrloopen is, eer men op hel denkbeeld kwam om het als voortdrijvend middel aan te wenden, dit zijn vraagpunten waarover zeer uiteenloopende gevoelens en meeningen bestaan, en waarover veel getwist is geworden. Zooveel is zeker dat de nieuwe kunst want de artillerie werd aanvankelijk als zoodanig ja door velen zelfs als eene soort van zwarte kunst beschouwd bij haar verschijnen een harden strijd had uit te staan, niet alleen wegens de vele onkosten waartoe zij aanleiding gaf en de moeijelijkhc- den aan hare verwezenlijking verhonden maar vooral ook uit hoofde van de menigvuldige en verschillende vooroordeelen die hare invoering tegenwerkten. Doch het slaat immers geschreven, dat elke uilvinding op het gebied van kunsten en wetenschappen een strijd moet doorslaan tegen vooroor deelen tegen hekrompen inzigten en daarom moet het ons niet bevreemden, dat eene uitvinding, zoo gewigtig als die van het geschut en die bestemd was om eene geheele om wenteling in de oorlogsvoering te weeg te brengen tegen kanting ontmoette. Aanvankelijk zag men dan ook nog de werktuigen, waarvan wij hierboven gewraagden eene plaats innemen naast de nieuwe vuurmonden, en er moest nog een geruime tijd verloopen eer deze laatslen gene voor goed van het tooneel hadden verdrongen. Nagenoeg gelijktijdig met de uitvinding van het geschutw erden de eerste hand- vuurwapenen in het leven geroepen, en even als het eerste

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1865 | | pagina 62