20 ren en kanalen, had het vervoer meestal Ie water plaats, en daarbij waren de bootsgezellen van 't geschut, gelijk reeds opgemerkt is, van een onberekenbaar nut. IIcl zou ons te ver leidenindien wij door voorbeelden wilden aanloonen op welke wijze Maurils, niet alleen bij belegeringen maar ook in geregelde veldslagenvan zijne artillerie wist partij te trekken trouwens de geschiedenis van het vaderland maakt daarvan herhaaldelijk en met den meesten lof melding. Evenzeer als dus aan dien veldheer uit het stamhuis van Oranje de eer loekomt van de Nc- derlandsche artillerie op zulk een verheven standpunt ge plaatst te hebben dat geene andere van dat tijdperk met haar kon worden gelijk gesteld evenzeer verdient Maurits ge noemd te worden wegens de voortreffelijke wijze, waarop hij dat wapen wist aan te wenden en meer en meer dienstbaar te maken ter bereiking van het groole doelwaarvoor onze vaderen tachtig jaren gestreden hebben. Dat de erkenning van de groole dienstenwelke de Nederlandsche artillerie gedurende dien vrijheidskamp bewezen heeft, ook bij den vreemdeling wordt aangetroffen, daarvan mogen de navol gende zinsneden ten bewijze strekken, welke tot besluit aan Brunet, den schrijver der met roem bekende Histoire générale de l'artillerie ontleend worden «Les Pays-Bas se soulcvèrent conlre la domination espag- nole. S'ils n'avaient eu que des troupes pour lutter, elles se seraient brisées conlre les solides armeés espagnoles bien fournics d'artilleriemais les insurgés possédaient de gran- des villes, bien fortifiécs et armées de canons dont Taction brisa souvent les efforts ennemis. Plus lard, les Pays-Bas, mieux organises mirent sur pied des armées munies d'unc artillerie de plus en plus formidable, Celte artillerie con- tribua puissammant aux défaites des élrangers cl a la reprise des villes qu'ils possédaient encore; ellc fonda ainsi Tin- dépendance des Pays-Basqui porta un si grand coup a la puissance espagnole." 51 October 186L. C. D. II. Schneider.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1865 | | pagina 78