34
brengen. Maar de granaten gaan over hen heen en springen
in de achtergelegen vruchtboomen. »Als Hahnemann nu de
nboomenal schudt, wat moet hij dan wel doen, als in het
najaar de appels er aan zitten,® roept er een; en een dich
ter der kompagnie improviseert:
»0 Hahnemann, o Hahnemann!
Keer weder naar je schansenman
Vier van je stukken zijn ziek en op,
De andere tikken wij op den kop.»
Onderwijl treft een granaat een nabijgelegen huiswaar
van het rieten dak dadelijk in lichte laaije vlam staat.
Hahnemann, veertien dagen provoost op water en brood,
gehandeld legen de order op het manoeuvreren, gevuurd
»in de nabijheid van rieten daken!» roept een derde.
lntusschen heeft de kommanderende generaal versterking
ontvangen en meent tot het offensive te kunnen overgaan,
om met een krachligen baijonetaanval het gevecht te be
slechten. Schel klinkt het signaal om te avanceren en in
den stormpas rukken de troepen voorwaarts altijd voorwaarts,
al valt er ook menigeen door het welgerigte vuur der De
nen. Deze willen terugtrekken naar de schansen maar de
terugtogt verandert allengs in eene vlugt. Een jonge, schoone
Deensche officiereen ware heldengestaltezoo als men in
de Deensche hoogere standen er vele vindt is over die vlugt
verontwaardigd. Maar te vergeefs tracht hij de zijnen legen
te houden of te herzamelen. Op eens slaat hij alleen tegen
over de aanvallers.
»Geef u gevangen, heer Luitenant!» roept hem een Pruis
met geveld geweer toe. Een sabelhouwwaarvan dc bai-
jonct krom gaat staanis het eenige antwoord.
«Wacht, we zullen je wel leerenroep een ander en legt
zijn geweer op den Dcenschen officier aan. «Laat dat, ka-
smcraad, zulk een dapper officier moeten we levend krijgen»
roept de eerste; »ik heb niet voor niets gymnastiek ge
beerd en zijn geweer wegwerpend, vliegt hij met de
ylugheid eencr kat op den officier aan weel zijn sabelhouw