HERINNERINGEN AAN DECEMBER 1852,
Het jaar 1832 eindigde onder, voor het vaderland, drei
gende omstandigheden. Belgiëndat zich door de omwen
teling van 1830 van Nederland had afgescheurd, was door
de mogendheden van Europa als onafhankelijke staat erkend
en had tot Koning verkozen dien vorstdie thans nog met
zoo veel verstand en staatsbeleid den scepter voert over dat
land. Maar nog altijd bleef Koning Willem I onwillig om
den man te erkennen, in wien hij niets anders konde zien
dan een indringer en overweldiger die alleen uit krachte
van oproer en rechtschennis in de vorstelijke paleizen van
Brussel en van Laeken zetelde; nog altijd gaven de betwiste
voorwaarden betreffende de scheiding tusschen Holland en
Belgiën aan den Oranjevorst het middel om ecne eindelijke
schikking te vertragen en een toestand van onzekerheid
te doen voortduren, die in Belgiën misschien kon leiden lot
eene tegenomwentelinglot ecne restauratie nog altijd hiel
den hollandsche krijgsscharcn gedeelten bezet van het Bel
gische grondgebied, en wapperde de Hollandsche vlag, zoo
wel van de forten Lillo en Liefkenshoekals van de oor
logschepen die op de Schelde voor Antwerpen lagen en van
de grijze citadel dier stad de door Alva en Pacheco ge
stichte burgt. Belgiën's onafhankelijk volksbestaan bleef dus
nog altijd eene twijfelachtige vraag.
Twee jaren reeds hadden de vijf groote mogendheden van
Europa zich te Londen vermoeid in het bepeinzen van mid
delen om een einde te maken aan het geschil tusschen