len. Een groot gedeelte van die krijgsmagt was verdeeld in
de overtalrijke vestingen; maar een leger van ruim veertig
duizend man was te velde, in Noord-Braband vereenmd en
maakte, aangevoerd door bekwame bevelhebbers en gevormd
door langdurig zamenzijn en door herhaalde oefening, eene
heirmagt uit wier uitmuntendheid door niemand betwijfeld
werd; de artillerie van dit leger werd als de beste van Europa
beschouwd. De veldheer, vooral, gafgroote waarde aan dit leger.
Willem van Oranje, de held van Quatre-bras, boezemde aan
zijne soldalen de hoogste geestdrift in een onbepaald ver
trouwen in zijne aanvoering; mét hem waren zij zeker van
de overwinning; nog het jaar te voren had hij, na eenen
veldtocht van slechts tien dagen, zijne zegevierende leger
scharen lot voor de poorten van Brussel gebragten nu zagen
zijne dapperen verlangend hel oogenblik te gemoet, waarop
hij hen tegen Frankrijk's legioenen zou aanvoeren. Het zou
niet de eerste maal zijn dat de held zijne Nederlanders tegen
zulke vijanden zou doen optreden; en de zege van 1815 was
eene voorbode en waarborg van wat ons in 1832 te wach
ten stond.
Nederland had in 1852 een nationaal leger; het was ge
heel en al uit het Nederlandsche volk. gelrokken en zelfs
bestond een sterk gedeelte van dit leger uit de gewapende
burgerij, uit de schutterijen. Er heerschte, toen, in ons
vaderland eene hooge mate van geestdrift, eene opgewonden
heid, het gemoed des Nederlanders gewoonlijk vreemd, De
zaak, door Willem I voorgestaan was toen ook, werkelijk,
eene nationale zaak; en moge die Vorst, later, door zijn
te lang voortgezetten tegenstand legen elk vredesverdrag met
Belgiën den onwil van het Hollandsche volk hebben opge
wekt, zeker is het dat in 1832 dat volk geheel eenstemmig
dacht met zijn Koning. Men was gekrenkt en verbitterd
door wat men meende onbillijks en beroovends te zienin
de wijze waarop door de Europeesche mogendheden Belgiën
werd bevoordeeld ten koste van Nederland men gevoelde
diep hel onrecht en den hoon het geliefde Oranjehuis aan-
7 O