ANDRIES VAN ANDERLEC1IT OP 'T SLOT TE 'S HEERENBERGIN MEI 1872. Geen wakkerder en trouwer voorstander en verweerder der Spaansche belangen in 't opgestane Nederland, dan boven gemelde Landdrost van Den Berg, die, vroeger pagië des Graven van Megen, in Augustus 1869 tot eerstgemeldc be trekking verheven was. Als zoodanig was hijin de on rustbarende Meimaand van 1872, met den meesten ijver en voortvarendheid in de weer, om den onverhoedschen inval des Graven van Den Bergh in zijn verloren landzooveel doenlijk te belemmeren, en den nieuwen Gelderschen Stad houder Hierges met raad en daad te dienen. Met vijftien of zestien man, waarvan echter slechts twaalf in staat de wape nen te voerenop het Slot van 's Hccrenberg gelegerd zag bij er zich, in de laatste week van Mei, en na 't mislukken der Geuzen-ondernemingen op Arnhem en Nijmegen (1), weldra door hunne benden bestookt en den "27,lcn het open stadjen zelf in hunne macht, maar bleef zich, hoewel van alle grof geschut verstoken onverdroten slaande houden. Te vergeefs dat men hem herhaaldelijk bij mondgesprek tot de overgave zocht te noopen; hij wilde naar geen bevelschriften hooren die niet van 's Konings Majesteit of haar Stedehou ders zelf uitgingenen weigerde die van den gebannen Graaf te erkennen. Onverrichter zake trokken dus lot tweemalen 4 li) Zie daarover Nederlands Opstand tegen Spanje 15721-575 Jrl. 32. v.v.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1866 | | pagina 123