89
taire Willems-orde. Ik dacht, den schildwacht aanziende,
ook gij kunt worden wat. deze is; ook u zal het jonge na
geslacht in prachtige en schitterende koetsen voorbij rollen
ja nog sneller in spoorwagens en tramways in zijden
sleepkleedercn en paletots, met lorgnetten en portative kij
kers, zich niet bekreunende om, of denkende aan den tijd,
waarin ook gij uw horst den kogeluw ligchaam aan stor
menregens en honderde vermoeijenissen ten prijs zult
moeten geven, ten einde de genietenden te beschutten en
te bewaren; dan blijft 11, even als die grijze invalide en
ook ons allen,
INichts als die Miih' und die Schmcrzen
Ik sprak den invalide toe en wandelde een eind wegs met
hem op. IIij was soldaat in Indië geweesthad daar de
Militaire Willems-orde verdiend, en was door zijne wonden
genoodzaakt geworden zijn pensioen te vragen en naar het
Vaderland terug te keeren.
Toen ik afscheid van hem nam, vertelde hij mij dal hij
een oud kameraad te C. ging bezoekenmet wien hij zijn
pakje tabak deelde
Nadenkende over krachtmoeddapperheid en goedhar
tigheid nam ik mijn hoed af, en wandelde langzaam terug.
Daar ruischten mij, in mijne verbeelding, in golvende
grijze kleederen twee vrouwen gestalten voorhij een
witten doek omhulde hel hoofd, aan den gordel hing de
rozenkrans met het kruis des Verlossers; zij komen zeker
van een sterfbed, waar zij getroost hebben en gaan naar
een ziekbed, waar zij hulp en verpleging brengen, zij trotseren
den stillen stommen vijand niet om te dooden maar om te
helpen.
Niet bet kokende bloed, niet de onstuimige eerzucht, niet
de plotselinge roes der begeestering verbergt hier hel ge
vaar, vermindert de inspanning, niet in het vuur, niet
^\on riem Glanz unrl Schimmcr
Und das, wofür wir uns halten in imserm Herzen.