EENE NACHTPATROMLLE. Het was in het jaar 1848, dat de Duitschc bond voor de hertogdommen Slecswijk en Holstein te w apen greep en tegen Denemarken oorlog voerde. ï)e overwinningen bij Slecswijk en Diippel hadden voor hel oogenblik den tegenstand der D«nen gebrokenen Jut land lag open voor den intogt der zegevierende bondgenooten. Deze hadden evenwel daarvan afgezien en hadden door de Pruissisehe en Holslcinsche troepen eene uitgebreide positie doen innemen, aan deze zijde der Königs-Au, als of zij over bet geheele schiereiland van Ribe tot Dalbij, van de Noord zee tol aan den Kleinen Belt, eene keten hadden gespan nen die het noorden van Slecswijk van Jutland moest scheiden. De wakkere Denen van die werkeloosheid gebruik makende verontrustten hier en daar de kantonnemenlen waarin be doelde troepen gelegerd waren, en zoo gebeurde het dat zij ook bij eene goede gelegenheid het Pruissisch kantonnement Slcppinge hadden overvallen. Ten gevolge daarvan moest de waakzaamheid bij de voor posten verdubbeld worden, en werd de dienst der veldwach- ten en patrouilles zoo druk en inspannend voor de troepen die in de voorste kantonnemenlen lagendal zij zich vol strekt niet te beklagen hadden over gebrek aan bezigheid. Bei Nacht sind alle Katzen grau. Oud spreekwoord Much ado ahout nothing. Shakespeare.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1866 | | pagina 165