«stellen. de heeren chefs kunnen immers niet welen, «welke uitstekende, strategische talenten in mij sluime- «ren de ouderdom doet hier niets ter zake. en »de veeljarige ondervinding ook weinig. Napoleon was «pas vier en twintig jaar, toen hij zijn orislerfelijken ita- «liaanschen veldlogt maakte waarom zou ik bij toeval «ook niet zoom groot genie kunnen zijn? 't zou j)wal! een heldere kop en wat durven Wie «niet de vaste overtuiging heeft eenmaal veldmaarschalk te «worden, die moet in hel geheel niet soldaat worden. Wie «niet naar het hoogste doel streeft in zijnen stand, die hoort «daarin niet t' huis, en zal nimmer een sieraad daarvan «worden,. dat is mijn principe." Bij deze woorden stond hij op en wandelde in opgewon den stemming den tuin op en neder, lol dat zijn oppasser hem voor het eten kwam roepen dal hij zeer mismoedig nuttigde. En toen hij aan die levensbehoefte had voldaan, kon hij het in hel enge, sombere vertrek niet langer uil- houden, en ging weer naar buiten in den kleinen, verwil derden tuin, om zich aan zijne onrustige droomerijen over te geven. Hij plaatste zich achter in den tuin bij de overblijfselen der omheining, waarvan het grootste gedeelte reeds als brand hout was verbruikt geworden en wendde zijne blikken naar het naburige Jutland: »0, stonden wij nog maar bij Kolding!" riep hij met smartgevoel uit, »daar toch zag men dagelijks de roode «Deensche uniformen aan gene zijde van den Belt, in Mid- «delfahrt; daar toch hoorde men dagelijks de kanonnen der «oorlogsschepen en kanonneerbootendie Fredericia bescho- »len; maar hier, op deze ellendige voorposten, is er se- »derl drie weken nog geen enkel schot gevallen en heeft «men alleen, en wel bij vergissing, eene roode bonte Slees- «wijksche koe voor een Deenschcn dragonder aangezien. »0 dierbare Augusta, wanneer zult gij toch eens uwen «Gottlieb met lauwerkransen getooid zien?"

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1866 | | pagina 169