96
««Excuseer luitenant,"" klonk plotseling achter hem tic
welbekende basstem van den opperwachtmeester.
De jonge officier wendde zich half verschrikt om, en de
wachtmeester vervolgde met een welwillendenvriendelijken
grimlach
»»De ritmeester laat u vragen, of u het kommando van
i»de patrouille van luitenant von Platow wilt overnemen.
Luitenant von Platow is plotseling ziek geworden, luile-
»»nant von Berg is met de dagpalrouille belast, en het kan
»»dus wel niet anders of u.
«Kom hier, opperwachtmeester, ik zal je een flesch porl-
wijn geven!" riep de jonge officier met geestdrift, terwijl
hij bloosde als een jong meisje hij hel hooren van de eerste
woorden der liefde. En daarop trok hij den onderofficier
met zich mede in huis, gaf hem twee flesschen en snelde
vervolgens naar den ritmeester en den kanlonnements-kom-
mandant, om nadere instruction te halen.
Weer t' huis gekomen sloot hij zich geheel alleen in zijn
kamertje op, bestudeerde de kaart, ontwierp de disposition
voor zijnen krijgstogl, en ging vervolgens weder in den
kleinen, verwilderden tuin op- en neêrwandclen. Hij ver
keerde in eene geweldigebuitengewoon grootc opgewonden
heid, hij verbeeldde zich Napoleon, op het punt de Alpen
over te trekken, om de oorlogsfakkel in Italië te ontsteken,
of Frederik de Grootc vóór hel uitbreken van den eersten
Silezischen oorlog. De vijftig man van verschillende wa-
pensoorlen te zijner beschikking gesteldschenen hem een
leger toe, waarvan de strategische leiding hem grootc zorgen
baarde, maar waarmede hij daarentegen zich overtuigd hield
onvergankclijken roem en eer te zullen inoogstcn. Roem
en eer! Schoone woorden van schoone heleekenis, wan
neer zij voor den krijgsman slechts belanglooze drijfveeren
zijn tot hel verrigten van groote daden en hoogstens eene
stille hoop, een vurig verlangen doen ontslaan, om de ecn-
toonigheid van de linkerborst door het kruis van militaire
verdiensten te breken.