104 paar honderd pas te naderen, zich bedekt op te stellen en gereed te houden om de Deensclie dragonders die nog zouden trachten te ontvlugten neder te schieten. De hoofdtroep der Infanterie werd aan eene bogt van den weg als soutien op gesteld ten einde de beweging in den rug te dekken en moest eerst dan snel voorwaarts rukkenwanneer de aanval reeds gelukt zou wezen, dien de Kavallerie met den meesten spoed en de grootste juistheid moest uitvoeren. De inslructiën waren gegeven en de jonge officier reed weder vooruit naar de spits, om nog een vlugtigenlaat- sten blik op bet slagveld te werpen. De herberg in kwestie stond nog precies op dezelfde plek en de geheimzinnige dra gonder liep nog steeds op en neder voor het gebouw, terwijl hij iedere keer, dal hij omkeerde, zorgvuldig om zich heen zag. »Geen enkel man kan mij ontkomen!" zeide Luitenant von Bartenstf.in bij zich zeiven. »De overwinning zal volkomen zijn, en wat niet neêrgesabeld wordt, voer ik in zegepraal door de dorpstraat van Steppingetot voor de woning van den kommandant, bij den koster, digt achter het kerkhof. Wat zullen die Deensche slungels zich ergeren, wanneer zij hunne dragonders afgezeten lusschen mijne ruiters zien En wat zullen Platow en Berg zeggen en de Ritmeester, die ook gloeit van verlangen om eene koene daad te vol voeren?Zij zullen nijdig zijn; maar dat kan geen kwaad. Er is nog nooit een groot man geweest zonder benijders. O mijn God wat een zalig gevoelwanneer ik de eenige van hel eskadron, misschien van het regiment ben, die den rooden Adelaar met de zwaarden draagt! Het kruis voor betoonde dapperheid op eene jeugdige borst is iets buiten gewoon poëtisch vooral bevalt dat aan de dames.Wan neer Aügcsta mij zoo eens wederziet! Mijn God, wat een zalig gevoel De gedachte aan Augusta scheen den jeugdigen aanvoerder geheel te betooverenhij rukte met bliksemsnelheid de sabel

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1866 | | pagina 178