48 gioendie daar gelegerd en zorgeloos bij het uitgedoofde wachtvuur in slaap gezonken was. Daar ontwaakt in hen de transpyreneesche bloeddorst. Nog hebben zij eenige patronen in de Cananaen zij kunnen de verzoeking niet weerstaan eenige dezer gehate vijanden naar de andere wereld te zenden de gelegenheid is te gunstig de maan schijnt helder op de vijandelijke groepen geen schot kan missen; zij laden, leggen aan, en de losbarsting velt verscheidene Engelschen, die bij het bivouacvuur met den dood worstelen, doch hierdoor werden natuurlijk te gelijkertijd de slapenden wakker. De snel vlugtende Navarrezen werden echter vervolgd. Door inspanning, honger en gebrek ontzenuwd, meest gewond, en door het bloedverlies uitgeput, vallen zes van hen in de handen der vervolgers en worden onmiddellijk af gemaakt. De sergeant en twee man slaagden er echter in hoewel zwaar gewondte ontkomen. Het was een klein zwart jong mensch maar in ieder geval een duivelsche kerel. In het algemeen leggen de Spanjaarden bij eene verdedi ging in het bijzonder van bemuurde gebouwen minder bij opene verschansingen, eene bewonderenswaardige hardnekkig heid aan den dag. Het zelden geven van pardon, schijnt mij de oorzaak te zijn van deze volharding. De Navarrezen en de Guerilla's hebben een bijzonderen aan leg voor deze vechtwijze, en daar iedere stad, ieder dorp, iedere kerk, Venta, Posada, iedere hoerenhofstede eene ge- improviseerde sterkte is, zoo marscheren zij 's avonds gaarne nog een paar uur verder om het bivouac te vermijden ten einde zulk eene vaste plaats te bereiken, waaruit ze dan niet zoo gemakkelijk te verjagen zijn. Wij zetten nog 's avonds onzen marsch voort, en hielden eerst bij eene Venta (groote herberg) op den weg naar Pam- peluna halt. Het grootste gedeelte van het gevolg bleef in een naburig dorp. Kolonel Reijna overste Duffau en ik vergezelden den generaal, om met hem te souperen. Vóór het aanbreken van den dag braken wij weder op, daar wij wegens onze zwakte een' aanval van de bezetting

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1866 | | pagina 92