m Ik clank u voor uwe goede gevoelens jegens mij ant woordde Abd-el-Kader als God het wil zal ik de Ara bieren gelukkig maken; en als de vrede ooit verbroken wordt, zal het mijne schuld niet zijn. Op dit puntben ik uw borg gebleven bij den Ko ning der Franschen. Gij waagt niets het te doen; wij hebben eene gods dienst en zeden die ons verpligten woord te houden ik heb er nooit in gefaald. Ik reken daarop en daarom bied ik u mijne bijzondere vriendschap aan. Ik neem die aan, maar de Franschen moeten oppassen dat zij niet naar intriganten luisteren. De Franschen laten zich door niemand leiden, en geeme bijzondere daden, door enkele personen bedreven, kunnen den vrede verbreken: het zou schending van het verdrag zijn of eene groole daad van vijandelijkheid. Wat de misdrijven van enkele personen aangaan, wij zullen ze waarschuwen en wij zullen ze zoo noodig straffen. Dat is zeer goed gij hebt mij slechts te waarschuwen en de schuldigen zullen gestraft worden. Ik beveel u de Koeloeglis aan die te ïlemcen zullen blijven. Gij kunt gerust zijnzij zullen behandeld worden als de Radars (de Mooren). Maar gij hebt mij beloofd de Douers in het land van Ilafra te plaatsen (gedeelte der bergen tus- schen de zee en het meer Sebkha). Het land van Ilafra zal misschien niet voldoende zijn maar zij zullen zóó geplaatst worden dat ze voor het be houd van den vrede niet nadeelig zijn. Hebt ge bevolen hernam de generaal Bugeaud na een oogenblik stilzwijgen om de handelsbetrekkingen met Al giers en al onze andere steden te herstellen. Keen, dat zal ik doen zoodra gij mij Tlemcen terug gegeven hebt.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1867 | | pagina 106