71 Amet is een inan van vijftig jaren. Ilij is niet schoon en ziet scheel. ïlet is de zoogbroeder van den emir, die hem zeer bemint en acht. Wanneer de Smala op marsch is draagt mijn echtgenoot, die te paard zit den kleinen jongen van den Iladj in zijne armen. De twee Spaansche vrouwenmijne gezellinnen hij Ma- nuoji, wonen in mijne tent. Ik tracht ze zoo veel mogelijk bezig te houden. Wij hebben ons niet willen scheiden. «Heeft een zelfde ongeluk ons niet verecnigd?" Wat Rapiiaöl aangaat, het is de beste en meest getrouwe der bedienden of liever der vrienden. Hij heeft zich nooit van mijne tent willen verwijderen ofschoon ik hem dik wijls genoeg geraden heb elders een dienst te gaan zoeken die meer winstgevend was dan die van Amet." De schoone en belangwekkende Juliette was altijd de goede geest der gevangenen. Zij ook was gevangen op het fort Lamalgueen men zeidc, dat zij bij haren echtgenoot wilde blijven, niettegen staande den afkeer dien zij van den beginne af voor hem gekoesterd beeft. Zij heeft gelijk zich in haar lot te schikken En biermede is ons verhaal geëindigd. Wij hebben slechts episodes geleverdgeen volledige grondig bewerkte geschiedenis. Mogt het vele lezers, en daaronder wenschen wij er vele onzer jeugdige kameraden, aansporen, den grooten Abd-el- Ivader want dien naam verdient hij in ons oog ten volle, ook al zijn wij niet blind voor zijne gebreken nader te loeren kennen de krijgsgebeurlenissen van dien oorlog na der te bestuderen.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1867 | | pagina 137