100
ïïEii daarom wou ik het hem liever mondelings laten
weten,"" hervatte Anna, »adat kan immers wel?""
»Ja wel; dat kan, en is ook gepasterantwoordde de
laarzenpoetser met denzelfden heiligen ernst.
j Niet waar?"" hernam Anna, die van vreugde niet
meer stil kon staan. mYVel nu, wil je dat voor me doen,
lieve Poedeltje ik vertrouw geheel en al op je Poedeltje
En hiermede huppelde zij overgelukkig de kamer uit, met
een hart zoo vol dat het schier dreigde te bersten.
Naauwelijks had Anna de kamer verlaten, of Poedel maakte
zich weder gereed om te rogehelen maar wederom hield
hij zich in keek besluiteloos naar de deur regts en krabde
zich verlegen het hoofd
»Ik weet niet," ving hij zijne alleenspraak aan, »of ik
haar nu nog eens of dat ik haar niet meer
grooten lust heb ik eigenlijk niet. Maar wanneer je trou
wen wil, moet je toch den verliefde spelen dat ligt
in den aard van de zaak. Zij heeft zich een aardig
stuivertje bij de oude tantes overgespaard en wanneer
een van ons oud wordt en niets gespaard heeft
dan moet je den zuren appel maar doorbijlen wanneer
die gouden bladeren heeft. Zij is werkelijk zeer lee-
lijk wat al te leelijk En toch moet ik haar eiken
dag den kus gevenvervolgde hij met een gezigt alsof
hij in eene kwee gebeten had, »om te maken dat zij niet
boos wordt. Kom aan er maar op los op dien ouden
pekelharing!" besloot hij zijne beschouwingen, terwijl hij
met doodsverachting rogcheldcdat de glasruiten er van
trilden waarop hij snel door de middeldeur verdween.
Het duurde naauwelijks eene minuut, of het grijnzend bak-
kesje van Moortje slak, even als de eerste keer, door de deur
regts en gluurde geheimzinnig de kamer rond. Daarna trad
de gehcele liefelijke gestalte binnen en stapte langzaam en
voorzigtig de kamer door, als of zij iets stelen moest.
Ilier laten we evenwel het gordijn vallen voor de korte
scène, die nu buiten aan de leuning van den trap volgde.