125 ken, heeft zij nog maar een kleine vijftigduizendant woordde Floortje, terwijl zij Stokman met smachtende oogen aanzag, die, in het voorgevoel van de genietingen die daar komen zouden zulks beantwoordde door met innig welbehagen zijn baard te lekken. ®Nog maar een kleine vijftigduizend," zeide Glumer, terwijl eene lichte schaduw zich over zijn gelaat verspreidde zich evenwel snel bezinnende, voegde hij erbij: »Ook goed! Laat ons de nicht nemen; maar waar is de nicht opdat ik haar toch eens zien moge mij aan hare voeten kan werpen." »»Ah daar komt zij juist aan!"" riep Floortjf. terwijl zij door het raam in den tuin keeken eenige mi nuten daarna huppelde Anna, gloeijende als eene jonge roos den salon binnen, gevolgd door een hupschen jongen man. Naauwelijks had Glumer een snellen blik geworpen op Anna's verrukkelijke gestalte, of hij schoof met de snelheid des bliksems de reeds uitgetrokken glacéhandschoenen weder aan zijne vingers, trad met het volle vuur der jeugd op het jonge meisje toe en verklaarde haar in uitgezochte termen, dat hij haar reeds jaren beminde, dat bet kwade noodlot hem lot dusver nog nooit de gelegenheid had ver schaft, het voorwerp zijner innigste wenschen te naderen enz. enz. De ijver van de twee aanbidders van Anna was evenwel zoo groot, dat zij volstrekt geene notitie van elkander had den genomenen terwijl Glumer zijne sierlijke rede tot Anna rigtte, had de jonge man Floortje met den mecsten eerbied volgenderwijs toegesproken Verschoon me, mejufvrouw, dat ik hier zoo onaange diend ben binnengekomen ik ben de grondeigenaar Dal berg ik bemin mejufvrouw uwe nicht en kom u hare hand vragen." Hoezeer Glumer in het hevigste vuur zijns aanvals was had hij echter de woorden niet gemist van den nieuwen

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1867 | | pagina 189