I 159 kunnen debiteren en H. H. Leeraren en Officieren of het Bestuur dezer inrigting belagchelijk voor te stellen neenin deze bladen worden dergelijke stukken (hoewel ze in massa werden gepresenteerd) niet opgenomen. Tot de uitgave van dezen almanak is overgegaan, omdat door de Kadets ingezonden stukken voor het reeds lang bestaande Jaarboekje der Akademie daarin niet werden opgenomen, omdat, ja 't is bespottelijk de reden te noemenomdat er anders geene plaats zoude zijn voor de stukken van de H. H. Leeraars. En laten we nu eens nagaan wat u alzoo in de voorgaande bladen ter lezing wordt aangeboden. Voor het Mengelwerk bevindt zich datgene wat on geveer ook in den ouden almanak te lezen was, naamlijst der Kadetsvereenigingenenz. Dit slaat ge natuurlijk over, behalve de eerste door mij aangehaalde soort van Lezersdie de alphabetische ranglijst der Kadets doorzoeken ten einde zich te over tuigen of de naam van hunne respectievelijke zonen pupillen en vrienden er niet in vergeten zijn, of wel om eens te zien of voornoemde heeren liefhebbers zijn van schermen, zang of muzijlc. Dan volgt het Mengelwerk. Wanneer ge het gelezendoorloopen of doorbladerd hebt, zal het oordeel van bijna u allen wel neerkomen op de nurksachtige aanmerking „niet veel zaaks vooral zult gij dit zeggen als ge niet genoeg met de Akademie bekend zijt, maar gij H. H. Officieren, Oud- Kadets die nog niet geheel met de Akademie en hare bewoners gebroken hebt, zult, zooals ik hoop, met

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1868 | | pagina 163