159
,,'t Zou toch wel zoo'n prul van een gelegenheids
versje geweest zijn; ik ben blij toe, dat wij er zoo
afkomen, U ook niet?
Dat kon hij niet verdragendat was te veel voor
zijn reeds zoo geschokt gemoed, fluks dronk hij een
glas water en opstaandeverzocht hij den Notarisde
vergunning het, door Henry zoo verknoeide, stuk te
mogen voordragenwelke vergunning hem tot verlossing
van Mama en tot spijt van onzen advokaat, volgaarne
werd gegevenvooral daar de gastheer den Directeur
een papier uit zijn zak zag nemenen dus hoopte
spoedig van die onaangename tijdpassering ontslagen
te worden.
Met een glimlachdie de zekerheid van succes en
het gevoel van overwinning hem om de lippen deed
spelen ving hijeerst naar boven en toen naar den
jubilaris ziende, welke beweging hij onder het reciteren
om den anderen keer herhaaldealdus aan
God loonde Pa U vaak met wijs voorzienigheden
Dit zien wij thans op nieuw, nu glorierijk en schoon,
Ge weer een sport der ladder op gaat treden,
Die naar de plaatsen voert, waar steeds banierentoon.
Met hallelujah's, luid gegalm weerklinken,
Geheiligd zij deez dag, die 't jaar op nieuw begon,
Blijf Vader steeds den kelk van zoeten almagt drinken,
En laaf U met den drank, dien arbeid U gewon,
Steeds blijve Uw naam gegrift in edelmoedige harten,
Steeds blijve Uw heilig doel der vroomheid toegewijd,
En eindelijk, komt de dag, als stervelingen schrikken,
En elk met vreeze ziet naar d' afgelegden baan,
Maar U kunt steeds blijmoedig derwaarts blikken,
Blijmoedig staamlen dan: o, Vader 't is gedaan,
Maar ver blijf nog die dag, die eindpaal onzer wcnschen,
Leef steeds nog in geluk en vrolijkheid en
En waarschijnlijk zou de Directeur nog wel een ge-
ruimen tijd, zoo allerellendigst misbruik gemaakt hebben
van de ooren der gasten in een taal, die in duidelijkheid