DE MAN ALS HUISVADER,
II.
Tot de voornaamste pligten van den man in het alge
meen en als huisvader in liet bijzonder, kan men voorzeker
rekenen, dat hij zijn vrouw moet achten en vertrouwen;
zonder die beide hoedanigheden kan er geen liefde bestaan
en dus geen huisselijk geluk. Het geluk in een huishouden
moet door den man bevorderd wordendoor alles voor het
onderhoud van zijn familie op te offerenin zooverre zulks
noodig is voor zijn vrouw moet de man nimmer geheimen
hebben en met haar voor- en tegenspoed deelen; in zaken
op vrouwelijke bezigheden betrekking hebbende en die meer
met het huishouden in verband staan moet een man zich
nimmer mengen, en er zich alleen dan mede inlaten
wanneer hem om raad gevraagd wordt. Het grootste geluk
van den man moet daarin bestaan, de wenschen van zijn
vrouw te kunnen bevredigen zulk een man zal als huis
vader ieders achting verdienen.
Maar er zijn huisvaders, die hun vrouw als meubel
beschouwenhaar noch liefhebben noch achtendie zich
tehuis niet gelukkig gevoelen, voor tijdverdrijf de kinderen
ranselen, en meer tijd in koffijhuis en sociëteit dan te huis
doorbrengen. Huisvaders die wat hun huishouden betreft
sterk voor de bezuiniging zijnhun vrouw zeer gaarne
op een matig maandgeld zouden stellenmaar voor hun
eigen uitgaven minder karig zijn en dan nog klagen als te
huis niet alles in orde is zooals het behoortdie Maandags
4