55
Maar ook zachtere indrukken moet ik u weergeven,
namelijk het wederzien van ons reisgezelschap uit Ilseburg.
De jonge dames zien er weêr alleraardigst uit; de rest
van het gezelschap interesseert u waarschijnlijk minder. Zij
hebben, misschien in eene romaneske bui, midden in de
Bode op eenen grooten steen plaats genomenen zitten daar
zorgeloos en vrolijk met elkaar te praten. Voor de drie
gratiën zijn ze te bewegelijk; voor de nymphen te
Vooral de elegante taille der jongste, naauw omsloten
door een ligt grijs reistoilet met blaauwe strikjes, maakt
een scherp contrast met de zwarte kolossen achter haar,
en haar klein rond kopje buigt zich van tijd tot tijd naar
het water, als om den wind vrijer spel in hare blonde
golvende lokken te geven, zonder er in het minst aan te
denken, dat uwe attentie er geheel op gevestigd is.
Een steen uit te zoeken, waarop ook wij kunnen uit
rusten, is het werk van een oogenblik; en al zweeft er
onder het groeten een nog zoo betooverend lachje om den
mond der jeugdige schoone, al maakt zij met het ronde
hoedje, dat zij in de hand houdt, nog zulk eene aan
lokkelijke beweginghet mogt ons toch gelukken het hoofd
zoo goed bij elkander te houden, dat wij de uitgekozene
plaats heelhuids, en alleen met een paar natte voeten,
spoedig bereikten.
Als gij bang zijt voor hekserijbeste lezer (maar ik
zie u daarvoor veel te verstandig aan), moet gij dezen
weg naar de Rosztrappe niet volgen, want dan zijn het
hier gevaarlijke oorden voor u. B,egt tegenover de Uexen-