59
pas afstands van liet hotel een prachtig vergezigt. Het
panorama dat voor ons ligtbevat de geheele streek die
wij de twee vorige dagen doorloopen hebben. Blankenburg
met zijne omgeving maakt vooral een prachtig effect. De
lucht is daarbij zoo helderdat wij zelfs de straten van
deze stad een voor een met de oogen meenen te kunnen
volgen.
Bij het hotel terug gekomen trekken twee nieuw aange-
komenen bijzonder onze aandacht. De eene is eene een
voudig doch smaakvol gekleede damedie de twintig
nog niet lang achter den rug kan hebben, doch wier fijn
en edel gelaat reeds de sporen van veel kommer en zorgen
draagt. Hare groote, trouwe oogen schijnen op niets in
hare omgeving lang te kunnen rustenmaar steeds in het
oneindige te willen staren. Op dat gelaat staat een ver
schrikkelijk drama te lezen.
Naast haar zit een man van misschien dertig jaren, die,
naar mijne meening wel een broeder, maar onmogelijk de
gelukkige echtgenoot der genoemde kon zijn. Hebt gij er
geen voorgevoel van, lezer, dat gij deze personen weldra
in een roman zult wedervinden Geduld slechts; Keulen
en Aken zijn niet op een' dag gebouwd.
Weinige minuten later begeven wij ons met een vrij
talrijk gezelschap naar de in zoo slechte stemming verlaten
Rosztrappe terug, na voor goed afscheid vau het liotel
genomen te hebben.
Het balkon, dat hoog boven den afgrond hangt, heeft
nu bijzonder veel te dragen een achttal reizigers van beider
geslachtbenevens een' ouden bewoner dier hooge sfeeren