GO die tot uitlegger dient, en voor de pistolen zorgt. Tot mijne groote verwondering is hier ook een in de dienst der natuur vergrijsd lastdier aanwezig; het eerste van die soort dat wij heden ontmoeten, zeker om de uiterst ge makkelijke bestijging van den berg en den uitmuntenden toestand der wegen. Zijn berijder, een klein mager mannetje, dat slecht ter been is, doet wanhopige pogingen om zich op het balkon te werken, en schijnt hierbij zijn pleizier wel op te kunnen. Ezels in 't algemeen hebben zoo als ge weet de hatelijke gewoonte hun genoegen liefst op den rand van den afgrond te zoeken, zonder er iets wijzer door te worden, en vooral zonder te bedenken dat hun nietig leven daarbij meestal niet alléén in 't spel is. Dit laatste vergeet ook het strijdros van mijn nieuwerwetschen ridder. Weldra krijgt deze het dan ook zeer te kwaad; liet klamme zweet breekt hem uit, en zeker zouden reeds angstkreten aan zijne borst ontsnapt zijn, indien de tegenwoordigheid der dames ze niet gesmoord had. Toen het edele dier nog een pas zijwaarts van het balkon in plaats van er op deed, besluit mijn held, den afgrond ziende en uitgeput door zulk een zwaren kamp, zich langzaam en zeker achter af te laten zakkenMaar de Voorzienigheid heeft het anders beschikt. Het strijdros, zijne achterhand hoe langer hoe meer voelende bezwaren, doet plotseling een grooten sprong regts, en daar ligt nu de arme ridder in 't stof, neenop de harde steenen in eene zeer embarrassante po sitie. Het gevaar is nu werkelijk bestaande. Hij verroert dan ook geen vin, zoolang men zijn ligchaam niet in

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1870 | | pagina 138