80 Ik nam de telegram zonder aarzelen aan, verbrak, na rijpelijk het voor en tegen overwogen te hebben, het con vert, en las: Kassei, 12 Augustus om 7 uur. Mijnheer, reis dag en nacht door, want anders is het misschien te laat. Geteekend H. V. Een koude rilling ging door al mijn leden. Ik gevoelde het, wat daar stond was niet de geheele waarheid; neen er had moeten staan: „Mijnheer, gij hebt uw vader gedood!" Zoo beschouwt de wereld het immers? Juist was ik bezig mijne maatregelen te nemen om dat berigt, zoo voorzigtig mogelijk aan mijn ongelukkigen vriend te doen toekomen, door in alle rigtingen koeriers uit te zenden (aan het post kantoor had ik vergeefs informatiën genomen)toen een jongen van 14 of 15 jaar mij plotseling met het brutaalste gezigt van de wereld om den pas aangekomen telegram kwam vragen, zeggende: dat hij alleen wist waar de geadres seerde zich bevonden dat ik er niets mede te maken had. Sedert is het mij niet gelukt, iets meer van de hoofd personen van dit drama te vernemen. Ik ben dus ver- pligt veel, zeer veel voor u, geachte lezer of lezeres, in het duister te laten. Zoude het echter gewaagd zijn te onderstellen, dat het noodlot die zwaar beproefden nog eenmaal in elkanders armen gevoerd, nog een enkel oogen- blik het verleden had doen vergeten, vóór dat liet hen welligt voor eeuwig van elkander scheidde? Welligt, zeg ik, want wie kent de onnaspeurlijke wegen van het noodlot.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1870 | | pagina 158