84 hebben daar boven hangen aan een spijker eenige voor werpen, die te zamen wel iets hebben van een charivari, en bestaande uit: 1°. het gevest van een oude kurassiers sabel 2°. een geheel verroeste spoor, 3n. een reeds geheel groen geworden koperen Franschen adelaar, zeker een overblijfsel van een kurassiers helm, 4°. een redelijk goed geconserveerd kruis van het Legioen van Eer, 5°. een dito van de Militaire Willemsorde. Midden in de kamer stond een wel gesteld landman-, ten minste naar zijn kleeding te oordeelenzijn gelaat droeg de kenmerken van wreede onverschilligheid. Vóór hem stond een meisje van omstreeks 17 jaar; lief, schoon zelf, was dat gezigtje, maar de diepe trekken die armoede, ontbeering en zorgen er reeds in gegroefd hadden, toonden maar al te wel hoe ongelukkig dat arme huisgezin was. Mijn eerste greep was naar mijn beurs. //Hoeveel moet je hebben om deze arme ouderlooze kinderen met rust te laten, steenen hart?" vraagde ik den boer. Vier gulden, mijnheer, als u ze mij geeft zijn ze weer voor een maand geassureerd, maar als zij het dan ook niet hebben gaan zij er voor goed uit, dat vragen elke maand om zulk een bagatel moet een einde hebbendag Heer en hiermede ging hij weg. Nu volgde een roerend tooneel, het arme weesje viel mij om den hals, en riep met een hartroerende stem, o God, heb dank ons zulk een hart te zenden; kon onze goede vader zulks zien, maar neen dit is niet mogelijk..

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1870 | | pagina 162