135
is misschien ongelukkig geweesteven als zijze is mis
schien ellendig gewordendoor dat ze geen weerstand heeft
kunnen bieden aan de verleiding; ze is misschien gevallen,
even als zijmisschien was het leven haar eindelijk on
dragelijk geworden; misschien had ze ten laatste tot zelf
moord haar toevlugt genomen. Aan dit laatste had Louise
tot dusverre nooit gedacht; zij huivert. Er zijn men-
schen, die niet aan zelfmoord durven denken; er behoort
dus toch een zekere moed toe, al is het ook een bijzon
dere soort van moed, al noemt men dien moed ook som
tijds lafhartigheid.
Plotseling wordt het oor van de arme gevallene getroffen
door een zachte stem; 't is de trillende stem van een grijs
aard. Het schijnt, dat hij diep bewogen is; zachtkens
hoort ze hem prevelen: „o God, dat zou al te verschrik
kelijk geweest zijn." Zij wendt het hoofd naar hem om;
zij ziet hem in 't gelaat, 't Is of haar blik verduisterd
wordt; zij geeft een gil, zij wankelt, zij dreigt te vallen.
Ook de grijsaard heeft haar aangezien; de vader heeft zijne
dochter herkend; ook hij kan een kreet van verrassing niet
onderdrukken; hij snelt naar haar toe, hij vangt haar in
zijne armen ophij drukt haar aan zijn hart.
Nooit werd door eene enkele omhelzing zóóveel uitge
drukt; zóóveel leed, zóóveel wroeging, zóóveel berouw,
zóóveel vergiffenis. De vader heeft zijn kind, zijne Louise,
wedergevonden Goddankhij is niet meer alleen
V. O.