CORRESPONDENTIE. 58 Aan de Redactie van den KcideMen-Almanak voor het jaar 1870 werd een anonym schrijven gezonden, met verzoek dit te plaatsen. Behalve het deloijale, om de zachtste uitdrukking te bezigendat in elk anonym schrijven ligt dat zich ten doel stelt om te beleedigen, bevatte dit ons toegezonden stuk, uit eenige varia's bestaande, geestigheden van zoodanige kleur, dat wij zonder de minste aarzeling eenparig besloten deze niet onder de oogen van het publiek te brengen. Niet alleen waren zij even zouteloos als gezocht, maar daarbij beleedigend; dit laatste vooral is iets dat de Redactie steeds zooveel mogelijk vermijd en zal blijven vermijden. De anonvme Schrijver zelf scheen te blozen over zijn vuil geschrijf en verborg zich dan ook achter een motto, even onzinnig als misplaatst. Door de plaatsing van zijn stuk, zoo schreef hij, zouden wij de kadets en vooral eenige oud-kadets zeer verpligten. Wij achten onze oud-kamaraden en kamaraden te zeer om niet terstond te begrijpen dat deze geheele strofe een verzinsel is. Hij eindigt zijne varia, evenzeer ge tuigend voor zijne spitsvondigheid als voor zijne gees tigheid, met eene aanhaling uit de gedichten van Piet Paaltjens Een ■ploert is een ploert". Onzes inziens past deze stelregel volkomen op den hier door ons bedoelden Schrijver en op alle anonyme schrijvers in het alge meen, die de anonymiteit tot dekmantel bezigen om doelloos achtenswaardige personen te beleedigen of door gezochte en flaauwe aardigheden te debiteren die personen in een bespottelijk daglicht trachten te stellen. De Redactie zal steeds dankbaar alle onder- teekende stukken aannemen, maar verzoekt van der gelijk geschrijf, als ons nu toegezonden is, verschoond

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1870 | | pagina 64