6
voert tegen een hoop volks, die denkbeelden wil doen
zegevieren, welke wel zuiver zijn, en op goede gronden
berusten maar die zij op onwettige wijze, en met de wapens
in de vuist wil opdringen aan de over haar geplaatste
Regering.
Is de rust herstelddan heeft menwij herhalen het
toch nog gelegenheid den wil des volks, als die al niet
bekend was, te doen kennen, en wij twijfelen niet, of
men vindt wel personendie de regten van dat volk
zullen verdedigen en doen zegevieren, zelfs zoo, dat de
Regeringmogt die onwillig en te zeer aan de bestaande
instellingen gehecht zijn, wel zal moeten bezwijken voor
den algemeenen aandrang.
Het tweede gedeelte der roeping van den militair is
niet minder schoon, maar onzes inziens, gemakkelijker in
zijne vervulling; wel heeft de militair in tijd van oorlog
met vele bezwaren te kampen, wel zal hij dikwerf gebrek
hebben aan het hoogst noodige maar alsdan zal hij zeker
bij een getrouwe pligtsbetrachting en aangevoerd door kun
dige en geachte officieren, hetzij hier, hetzij in Indië,
roem kunnen inoogstenen zal hij met regt de loftuitingen
van zijn. geliefd Vaderland kunnen verwerven.
Voorwaar dit deel zijner roeping is ook schoon maar
als hij in zulke omstandigheden koude en ongemak moet
verdurendan ligt het over het algemeen toch in den
aard van den militair, dit te doen met een vrolijk en
opgeruimd hart, gestreeld door het vooruitzigt, dat hij
weldra met den gehaten vijand van zijn Vaderland zal