54
onze sympathie voor den geredde verdubbelde toen we
hoorden dat ook hij het slachtoffer was van willekeur en
onrecht! Weldra waren Louis en Emileonafscheidelijk. De
Hemel weet welke opgewonden plannen tusschen hen zijn
besloten, wat zij er van hebben ten uitvoer gebracht! Eer
Emile geheel hersteld was kwam de tijding dat de oorlog
was uitgebroken. Onze vijand had de kroon gezet op zijn
werk, hij had Erankrijk weerloos overgeleverd aan den
vreemdeling, uit vrees dat zijne dynastie zou vallen. Mijne
beden hielpen niet meer; Louis moest weg, met Emile
mede. Bij het afscheid was het als of die twee Erankrijk
zouden bevrijden; de keizer zou vallen, de vrede hersteld
worden, eindelijk zou er een Republiek tot stand komen,
die vrijheid en orde zou bevestigen. En nu, de keizer is
gevallen, maar geen woord heeft tot nu toe mijne onze
kerheid verlicht, met geen enkel woord nog heb ik ver
nomen of mijn zoon nog medewerkt tot de bevrijding, of
hij nog strijdt voor de verdediging van zijn land."
De arme vrouw had haar verhaal geëindigd, en we waren
diep getroffen door die woorden van smart en vaderlands
liefde; we konden haar geen troost geven, want we wisten
beter dan zij dat er geen hoop meer was voor Erankrijk.
Het eenige wat we doen konden was haar onze deelne
ming te betuigen en te beloven haar te schrijvenals we
misschien in de dagbladen eenig nieuws mochten lezen,
dat op haren zoon betrekking had. Hier brak de komst
van den eigenaar van het huis ons gesprek af. Hoe stak
zijn ruwe taal af bij de beschaafde woorden van zijn vrouw.
Het was licht te berijpen dat het voor haar eeue marte
ling moest zijn, altijd in zulk gezelschap te leven. Spoe-