55 dig waren we weder buiten in storm en regen, nog geheel vervuld met de treurige geschiedenis. Lang dachten wij na, hoe wij het zouden aanleggen om berichten te krijgen van hem met wiens geschiede nis wij op zoo'n avontuurlijke wijze bekend waren ge worden. Wanneer hij niet reeds gesneuveld was, kon zijn voortdurend stilzwijgen alleen verklaard worden door aantenemen dat hij zich in eene belegerde stad bevond, liet viel mij in dat ik een docter kende, die zijne diens ten aan het Eoode Kruis had aangeboden en die zich nu bij een ambulance voor Parijs bevond. Het was wel zeer onwaarschijnlijk dat hij met den held van dit verhaal in aanraking zou komen, maar toch, ik wilde niets verzui men, dat misschien eenig licht kon geven. Ik schreef dan. ook en gaf in mijn brief een beschrijving, zoo nauwkeurig als ik ze uit het portret in de hut en de mededeelingen der moeder kon samenstellen. Nog eens bezochten we dc hut in de duinen; hoe hartelijk was de dank der arme vrouw voor het weinige dat ik voor haar gedaan had. Kort daarna werden wij naar Breda teruggeroepen. Het oorlogsgevaar scheen voor Nederland geweken; al les was er tot de gewone orde teruggekeerd. Wij hadden onze studiën hervat en de altijddurende drukte verdoofde langzamerhand de herinnering aan mijn avontuur. Ik werd er onverwacht aan herinnerd toen ik op zekeren dag een pakje ontvingvergezeld van een brief. Het kwam van het Duitsche leger bij Parijs, van den geneesheer, wiens bijstand ik had ingeroepen Vol nieuwsgierigheid brak ik den brief open en las het volgende: //Het doet mij genoe- x-gen eindelijk aan uw verzoek te kunnen voldoen, al is

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1871 | | pagina 121