57 worden, die Kadets zonder examen in een liooger studiejaar deed overgaan. Hen, die vóór liet verlof waren blijven zitten in liet eerste studiejaar, werden de voorrechten van het tweede studiejaar toegestaan. Den '19den September kwamen de nieuw aangestelde Kadets aan en werden met open armen ontvangen. Hun aantal (vijf en twintig) was weer minder dan het vorige jaar, zoodat langzamerhand een gevoel van verlatenheid in dit vroeger zooveel sterker bevolkte gebouw begint te heerschen. Hopen wij echter dat hoewel jaarlijks steeds een kleiner aantal ons midden als officier verlaathun gehalte daarom niet te minder worde. De eerste dagen op het gebouw brachten menigeen in geen vroolijke stemming. Elke nieuwe les riep op de gezichten een bedrukten plooi te voorschijnwanneer de leeraar verklaarde dat, nu de cursus zooveel later begonhij nóg sneller zou voordragen en nóg meer aan eigen studie zou overlaten dan te voren. En wijdie reeds meenden het maximum bereikt te hebbenweldra waren wij bedolven onder leer cursussen, handleidingen, grondbeginselen en hoe men ze meer wil noemen, die ons om het zeerst toe grijnsden, ten einde voor hunnen inhoud een plaatsje in onzen aan verstandelijke inspanning ontwenden geest te verkrijgen. Spoedig kwam dan ook de oude geest van studie weêr boven en geraakten wij in den gewonen sleur, waarin wij bleven voortdommelen, en die bij sommigen zelfs in een ongevoeligen winter^ slaap overging.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1871 | | pagina 63