85 Uerde tooueel. Pedro. Annita. Een van Pedro's volgelingen (komt op). De soldaat. Heer hoofdman, wij hebben een der hoofden van de Keizerlijken opgevangenhij zegt Juan Rodrigez te heeten. Pedro. Het is goed,, geleid hem hier heen. De soldaat. Onmiddellijk hoofdman (Af). Pedro. En gij, liefste Annitaga zoo lang in huis. ik ver zeker u, mij zal geen leed geschieden; ik heb met Ro drigez nog eene kleine rekening te vereffenen. Straks kom ik weder bij u. (Hij omhelst haar. Annita af). Vierde tooneel. Pedro. Juan. Juan Wordt door twee soldaten gebonden bin nengeleid. De bewakers af). Pedro. Ha, ellendige, eindelijk heb ik u in mijne macht. Ein delijk zal ik mij kunnen wreken over al 't leed dat ge mij en mijne Annita hebt aangedaan. En dat verzeker ik u, mijne wraak zal bloedig zijn. Herinnert ge u nog lafaard, hoe ge mijn brief aan Juarez onderschept hadt, en dien ter lezing aanboodt. ■s

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1872 | | pagina 143