86
aan Del MonteHerinnert ge u nog, hoe ge mijn ver
blijf in den tuin aan AnnitcCs vader hebt verraden?
Herinnert ge 11 nog dat gij de hand hebt aangenomen
van mijne bruid? Spreek, ellendeling, wat hebt gij
hier tegen te zeggen. Juan blijft zwijgen). Ben ik u
misschien geen antwoord waardig, don Juan Rodrigez?
(Na eenige oogenblikken zwijgens).
Ge zijt nog jong, don Rodrigezge kunt nog lang
genieten van 't leven, gij, die jong en rijk zijt. Een
woord kan nog uw leven redden; vraag mij vergiffenis
en ik laat u gaan.
Juan.
Dood mijmaar beleedig mij niet langer. Zijt gij zoo
weinig aan de overwinning gewoon, dat gij den over
wonnene steeds hoont?
Pedro.
Welnudon Rodrigezversmaadt gij dan ook een
tweegevecht met een oproerling. Is dat ook een be-
leediging den overwonnene aangedaan?
Juan.
Neenen met vreugde neem ik uw aanbod aan.
Pedro (snijdt de banden waarmede Juan geboeid is los).
Zie hier een geladen pistool. Ik zal mijne goedheid
zoover drijven van aan u het eerste schot te laten. De
Hemel beslisse tusschen ons.
Juan.
Beveel dan uwe ziel aan Godwant zelden mis ik
mijn doel.
(Hij schiet, doch raakt Pedro niet),