47
de dag- aangebroken, waar naar allen zoo vurig ver
langden, de dag waarop wij liet kamp nabij Tete-
ringen zouden betrekken. Den 44. Juni vei lieten wij,
begeleid door de muziek van het 6de Regement In
fanterie, Breda, en waren weldra in onze nieuwe
zeildoeken woningen geïnstalleerd. Men kan zich
niet voorstellen, hoe groot het contrast is, dat zich
aan ons voordeed, toen wij, na weken lang op de
leerzalen doorgebracht te hebben, eensklaps in het
vroolijke en onbezorgde kampleven verplaatst wer
den. Men waakt en slaapt als het ware in de open
lucht, en wij zouden bijna met Schiller hebben uit
geroepen
»Ein freies Leben fuhren wir,
Ein Leben voller Wonne,"
als niet een keten van schildwachten die het kamp
aan alle zijden insloot, ons duidelijk had te kennen
gegeven, dat dit »freie Leben" toch wel in enkele
opzichten beperkt was.
Lenige dagen na het betrekken van het kamp
werd de uitslag van het overgangs-exarnen van het
tweede studiejaar bekend.
Het eerste studiejaar, dat op het Academie-gebouw
de. studieën was blijven voortzetten, begon ook om
streeks dezen tijd de overgangs-examens.
Hoe goed het kampleven ons ook aanvankelijk be
viel toch begonnen wij weldra naar het eind te ver
langen, vooreerst omdat we dit jaar ruimschoots met
regen gezegend werden, ten tweede omdat zich
aan het einde van den kamptijd een verschiet voor
ons opdeed, dat nog aangenamer beloofde te zijn dan