53
Een tweede raadde hem aan:
Neem het opschrift vóór de poorten weg.
Neen, zeide de vorst, gij zijt allen onverstandige
raadsliedenik weet een veel beter middelen uit
zijnen mond vloeiden deze woorden der wijsheid:
Ik zal den weg, die naar Kilacadmon leidt, verbe
teren, zoodat men in korteren tijd in deze stad kan
komen.
Men bood hem veel tegenstand, maar de vorst
zette zijn wil door, alhoewel zijn oorspronkelijk plan
aanmerkelijke wijzigingen onderging.
De weg werd evenwel aanmerkelijk verbeterd en
ziet, dit middel werkte wonderdadig.
Eene groote schare bewoog zich weder op den
weg, die naar Kilacadmon leidde, nu de reis niet
zulke groote moeilijkheden meer opleverde en niet
meer zoo lang duurde.
Vóór de poorten gekomen, werden ze echter al
weder tegengehouden door het bovenstaande opschrift,
en verreweg het grootste deel van de reizigers, vooral
van hen, die niet aan het laatste deel van het op
schrift hadden gedacht, keerde onverrichter zake
terug.
De vorst zag zijne verwachtingen echter ten tieele
vervuld, Kilacadmon begon te bloeien.
III.
Wat was Kilacadmon eigenlijk voor eene stad ten
tijde van haar verval?
Het was eene stad, waarvan de inwoners in vrede
en eendracht leefden. Men kon van haar zeggen
»Ai ziet, hoe zoet, hoe lieflijk is 't als zonen, zelfs
van verschillend huis, als broeders samen wonen."