11 Daar een oude baker zich niet om zou bekreunen, Maar wel een cadet; dat is een les in 't eergevoel. ('t Is de vertelling en niet de baker, die ik bedoel). En met dat alles ben je net zooveel in tel, Als een fijne hemelburger in de hel. Behalve de flauwe moppen en uienoch heer Debiteer je waarschijnlijk ook nog veel meer; Getuigen de opstellen en andere gewichtige zaken, Die jé noodlot je in die periode doet maken. Kortom, je bent dan al kolossaal »haas" En de minste kerel speelt over je den baas. In den Academie-sergeant, die je bij toeval passeert, Zie je een man, dien je als een godheid vereert. En nu moet je niet denken dat ik hier met spek schiet, Vraag het aan eiken cadet, dien je ziet; Hij is ook baar geweest en heeft ook weinig geslapen Toen ze den eersten avond hem aan hadden staan gapen. Ik zelf was op kamertje H gelogeerd, Maar de bel stond niet stil, pardon, 'tis verkeerd: 't Was de deur, en je geeft daar niet ïmiet t'huis," Of »is meneer ook somwijlen abuis Zooals UE. zou doen om geen menschen te wachten. Zoover reiken niet onze barenkrachten AVant we zijn o zoo zoet! als je 't anders probeert Dan wordt je eigenwaarde direct tot nul gereduceerd, En je dus die brutaliteit spoedig afgeleerd Want dan wordt je van daag of morgen )>gekeerd," Zoodat je eindelijk denkt: wat ben ik toch een prul, Of liever: wat een onuitstaanbare sul. En nu zal ik maar zwijgen van andere zaken, Om je niet aan het einde in slaap te maken.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1878 | | pagina 89