30
brutale heeren te ontbolsteren en gedwee te maken,
want die taak vind ik te min, dan dat een waar
cadet zich daarmede bezig mag houdenmaar als
straf voor de begane misdrijven van jong tegenover
oud, moet het baren niet alleen blijven bestaan,
maar veel strenger worden gehandhaafd dan
tegenwoordig het geval is. Het gevolg hiervan zou,
mijns inziens, zijn, dat velen, zich zelf bewust,
geene al te groote hoofdgebreken te bezitten, met
meer gerustheid aan de Academie aankwamen en
dat ze, niet vervuld met de gedachte: ,,hoe het
ook loopt, ik word toch gebaard", uit zich zelf
trachten dat gevoel van brutaliteit en waanwijs
heid in zich te onderdrukken, twee gevolgen, die
zeker zeer ten goede op de verhouding der studie
jaren zouden influenceeren. Thans is het meer de
vrees dan de achting, die de jongeren in toom
houdt; bij meer welwillende behandeling zou het
omgekeerde het geval zijn. De ouderen mogen
niet tegenover, maar moeten naast de jongeren
staan teneinde hen te helpen, waar het noodig is,
mits die hulp op beleefde wijze wordt gevraagd.
De ouderen denken niet, dat ze zich daardoor tot
kindermeisjes verlagen, maar veeleer, dat door
op die wijze te handelen, de jongeren achting
voor hen zullen gevoelen. Bemerkt men tijdig,
dat bij den een of ander een zekere mate van
familiariteit uit deze bereidvaardigheid geboren
wordt, en de oudere verlangt dit niet. dan is het
nog tijds genoeg, hem dit eerst met woorden en
wanneer dat niet helpt, met daden, d.i. met baren
af te leeren.