60 met land en bevolking bekend, loofde prijzen van 100 Spaansche matten uit op de hoofden der beide andere moordenaars, en zooals welhaast zal blijken, niet zonder succes. Tjilli Oesin was, zooals boven gezegd is, naar zijn negerij teruggekeerd; daar hij zich hier toch niet bizonder op zijn gemak bevond, had hij zich door vasten en gebeden eene reuk van heiligheid verworven en boven in den kruin van een kokospalm eene woning gekozen, voorgevende dat Toewan Allah hem daar van het noodige voedsel en verdere behoeften voorzag. Eenige dessabewoners, begeerig naar de premie, door het bestuur uitgeloofd, maar toch ook zijn heiligheid ontziende, durfden hem wel niet aanvatten, maar gaarne Toewan Allah's tusschenkomst nader wil lende kennen, bewaakten zij dag en nacht dien boom toen nu alle kokosnoten en ook de palmiet lang zamerhand door Tjillie Oesin verbruikt waren, stond het hem vrij eene keuze te doen tusschen daar den hongerdood af te wachten, dan wel af te dalen en zich aan zijne bewakers overtegeven. Hij besloot tot het laatste en gaf toen onbewimpeld te kennen dat hij een der moordenaars was hij werd dan ook gebonden en onder goed geleide naar Palembang vervoerd, waar de losprijs werd uitbetaald en het verder onderzoek begon. Nog in de maand Maart vervoegde zich 's avonds, ik meen reeds den 15en, bij B. een oud, schoon inlan der met eerwaardig gelaat en langen witten punt baard, Ketib Soetaluithet Salensche, informeerende naar den uitgeloofden losprijs en of die wel zeker

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1879 | | pagina 162