Een enkel woord nog over de muziekuitvoerin gen gedurende het feest. Begin bij de reveille op den eersten feestdag, en eindig op den laatsten avond bij het vuurwerk, en ge hebt muziek ge hoord van het begin tot het einde. Particulier eigendom van eene Brabantsche stad, getuigt zulk eene hoeveelheid goede muziekcorpsen en uit stekend geleide uitvoeringen voor het kunstgevoel en de algemeene ontwikkeling van alle rangen liarer maatschappij. Aan den avond van dien eersten dag werd de grijze vorst van ons bemind Oranjehuis binnen Breda verwacht. Weder een contrast lezers, maar nu een van ernstiger en meer ingrijpenden aard: aan de eene zijde van de Boschstraat stond na zijne aankomst in den laten avond onze oudste vorst onze veelbeminde Prins-veldmaarschalk, (ver gun mij een vertrouwelijken term) onze Frede- rik en aan de andere zijde defileerde een gedeelte van wat Nederland aan jeugd en levens moed heeft aan te wijzen in zijn leger. Met recht was het eene eerewacht of gevoelden we ons niet vereerdcadetten, toen ons Wilhelmus voor dien vorst mocht klinken, toen onze wacht zijne Hoogheid mocht ontvangen Het was of de tonen onzer muziek dubbel vroo- lijk schalden, het was of zij aan Breda hadden te vertellen dat we meer dan tevreden waren met die eer. En zoo naderden wij den eersten feestdag. Saluutschoten, klokgelui, carillon, muziek en alles wat vroolijkheid kan bijzetten aan den aan- LXXVIIt

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1879 | | pagina 82