Lxxxvm
soonlijk met de cadetten van den tegenwoordigen
tijd bekend zijn, eene groote belangstelling toonde.
Benevens al den lof, dien de cadetten hebben
ingeoogst voor hun spel, mocht ons de eer te
beurt vallen, door enkele der hoogst geplaatste
militairen van ons Nederlandsch en Indisch leger
persoonlijk te worden bedankt voor de moeite, die
we ons getroost hebben om de reünisten een aan-
genamen avond te bezorgen.
En hiermede eindig ik mijne beschrijving der
comedieavonden.
Na onze laatste opvoering werden door het
cadettencorps vier serenades gebracht, te weten
bij den gouverneur der K. M. A., bij den heer
burgemeester van Breda, bij den president van
de feestcommissie uit de burgerij en bij den pre
sident der feestcommissie van onze Academie,
den majoor A. Pompe. Hartelijke woorden wer
den bij deze gelegenheden gesproken en naar we
hopen de banden, die Breda en de Academie ver
binden, nog nauwer aangehaald.
Na deze ovatiën vereenigden zich de spelers
en de leden van ons muziekcorps op nieuw in
het comediegebouw, alwaar hun een souper werd
aangeboden door de feestcommissie van de K. M. A.
Zeldzaam was het voor ons aan één gezelligen disch
vereenigd te zijn met enkelen van hen, met wie
we helaas nooit anders kennis maken gedurende
ons cadettenleven, dan in de studiezalen; maar
juist, wijl het zoo zeldzaam voorkomt, appre
cieerden we het te meer en menigmaal herden
ken we nog den vreugdevollen avond van 28 Sep
tember 1878.