In liet reglement van administratie en disci
pline voor de Militaire Willemsorde, gearresteerd
25 Juni 1815, komt o. a. voor, dat alleen voor
uitstekende krijgsdaden, die op de Militaire Wil
lemsorde aanspraak geven, gehouden worden de
zoodanige, die hadden kunnen nagelaten worden,
zonder zich daardoor aan plichtverzuim schuldig
te maken.
Onder uitstekende daden zullen b. v. gerekend
worden ,,het winnen van veld- en zeeslagen, het
"nemen van vestingen, schepen, sterke position,
«redouten, batterijen, stukken geschut, vaandels,
standaards en andere eereteekenshet voordragen
«en helpen uitvoeren van plannen tot operation, het
verdedigen van plaatsen, engten of passen, schepen
"het sloopen, aanvallen, enteren en veroveren van
vijandelijke schepen in eene haven of baaihet door
eigen handen gevangen nemen of des noods afmaken
van verre in rang boven den uitvoerder verheven per-
sonen; het beschermen, beveiligen en hernemen van
verre in rang boven zich zijnde chefs, het ter hulp
snellen van bedreigde punten, het nemen en ver-
"woesten van vijandelijke magazijnen, transporten,
"krijgskassen, het eerst beklimmen van eene bres,
"het eerst overspringen op geënterde schepen, het
"eerst invallen in eene bestormd wordende redoute
"Of batterij, het, omsingeld zijnde, zich een weg
"banen door grootere macht, en meer andere daden
met eenige der bovengemelde van gelijken aard."
Indien een korps bijzonder heeft uitgemunt, kan
het vaandel of de standaard van dit korps met het
teeken van de Militaire willemsorde worden versierd.
7
XCVII