56
sluitend aan de beoefening van militaire zaken
besteed wordt. Na afloop van dien cursus leggen
de Fahnriche ten overstaan van den voorzitter en
2 leden der permamente examencommissie bet offi
ciersexamen af, dat grootendeels schriftelijk afge
nomen wordt.
Hier volgen de vragen, die op een der examens
werden opgegeven.
Wapenleer. (Voor elke vraag 1 uur tijd).
1. Eene beschrijving geven van de voortdrijvende
en springmiddelen, die in den nieuweren tijd zijn
bekend en aangewend geworden, met eene ver
gelijkende beschouwing van de hier bedoelde en
het buskruit.
2. Eene vergelijkende beschouwing tusschen de
voor- en nadeelen, die aan de achterlaad-kanon
nen verbonden zijn, en aan welke eischen moet
eene goede kulassluiting voldoen?
3. Welke gronden pleiten voor de aanwending van
een klein kaliber bij de handvuurwapenen
4. Welke zijn de omstandigheden, die van invloed
zijn op de trefkans in het algemeen en bij de hand
vuurwapenen in het bijzonder?
Taktiek. (Beschikbare tijd voor elke vraag 1 uur).
1. Wat verstaat men in het algemeen door colonnes,
en hoe worden ze onderscheiden naar hare vor
ming en aanwending Welke zijn de gebruikelijke
marschcolonnes bij de 3 hoofdwapens?
2. Een konvooi voertuigen moet, onder dekking van
2 compagnieën infanterie en 50 hussaren van Lich-
tenhain naar Bechstedt marcheeren. Welke is
de marschorde, die moet worden aangenomen, en