99 naïef. De bevolking' bij ons aan de Saharazee schijnt van jongeren datum te zijn, want zulke zaken wor den daar nooit aangetroffen. ,,Ja, dat wil ik gaarne gelooven, in den tijd, waar van ik spreek, waren die landen nog zoo goed als onbeschaafd; maar bovendien, bij ons worden ze toch ook niet meer gevonden; men heeft ze juist door ontgraving ontdekt. Het is tegenwoordig moeilijk om iets uit die oude tijden te weten te komen. Kranten, tijdschriften en kolossale boekwerken werden bij honderden en dui zenden uitgegeven en vele zijn er nog overgebleven, maar de waarde van die dingen is tot nul te redu- ceeren. Onze voorouders schreven voor zichzelf en niet voor het nageslacht, zooals het schijnt. De slechte drukinkt en het gemeene papier, waar ze gebruik van maakten, konden den tand des tijds niet weêr- staande meeste boeken zijn totaal vergaan en wat er nog is overgebleven is gewoonlijk geheel onbruik baar; hier en daar is een regel, soms, maar bij uit zondering, eene bladzijde nog leesbaar. Zoo is er voor eenige jaren een boek gevonden, dat op eene onver klaarbare wijze verschoond is gebleven van de nadeelige invloeden van water en lucht; hier en daar is nog het een en ander met veel opoffering van tijd en moeite te ontcijferen. Veel schijnt daarin voor te komen van eene in richting, die op den schrijver een grooten indruk schijnt gemaakt te hebben. Ongelukkigerwijze is de naam dier inrichting op de meeste plaatsen onlees baar. Hier ziet men eene groote K, elders eene groote A, soms heeft men ook eene kleine e gezien, die tot

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1880 | | pagina 231