125 hunne eerste dienstjaren, daarin bestond, dat de eersten walletjes hadden gepakt en de laatsten niet? Waar zal nu dat onderscheid blijven? Misschien komt er een bestraat pad, maar ze heb ben immers allen wel eens straatjes gepakt Neen, het verlies is niet te vergoeden. Vergeefs hebben we ze vaak met den liefelijken naam van walletje aan gesproken, ofschoon het toch geen kinderen waren in hun soort.vergeefs hebben we ons zoo menig maal aan hun boezem neergevleid, schoon ons een standje wachtte.Onmeêdoogend zal men ze ons van het hart rukkenzonder medelijden zal men ons van den wal in den sloot helpen. Maar zal dan niemand zich daartegen verzetten Zal dan niemand willen inzien dat misschien ook hier de beste stuurlui aan den wal zatenen wat voor stuurlui zal de Academie dan voortaan op leveren? Neen, we kunnen ons geene voorstelling- maken van academisten, die nooit een walletje pakten, die nooit langs den berm kuierden, die nooit over de plongée keken, schoon hun vader 't hun verbood." Daar, op die wallen, werden de stoutste plannen gemaakt voor de toekomst; daar werden de ver- trouwelijkste gesprekken gevoerd de lastigste reglementen gevost. Daar werd met sneeuwballen gegooid daar gestoeid daar gekibbeld. Daar werden duurzame vriendschapsbetrekkingen aange knoopt en tal van disputen uitgemaakt. Wat was er van onze groote officieren geworden zonder hun morgenwalletje? Och Heerde gort en het bruine brood zullen niet meer smaken, want de wal zal er niet meer zijn

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1880 | | pagina 257