147
Bij het oplezen der* drie maandelijksche lijsten.
De menigte ging verstomd uiteen.
Tollens.
Melk.
Kees, Kees, Kees, je hebt er water bij gedaan.
Oud Liedje.
In de les.
„Dutten," sprak mooi Heintje, „dutten?"
Scheepspraat.
Regenweer en parade.
't Was of natuur verbood den toeleg door te drijven.
Tollens.
Cadetten-Bibliotheek
Ziet bier, lieve wichtjes,
Een bundel gedichtjes;
Vermaakt er u mee.
v. Alphen.
Onder de les.
Lieve klepper, houdt de wacht,
Ik ga slapen, goeden nacht.
v. Alphen.
's Maandags-morgens
De ijdelheden,
Hier beneden,
Aanziet met een lodderoog.
Vondel.
Lachen onder een standje.
U begrijpt wel, menheer, dat i dan nog meer
opdoet. Hildebrand.
Baar tot een oud cadet.
Is u meneer Willebram Hildebrand.
Asymptoten.
Ensemble nous devenons vieux. bérangkr